De voetbalsport kan tegenwoordig niet meer zonder fysieke zorg. Vrijwel alle clubs hebben een verzorg(st)er in dienst om de lichamelijke ongemakken uit de wereld te helpen. In de hogere regionen van het voetbal zijn zelfs fysiotherapeuten en doktoren aan de club verbonden. In het betaalde voetbal brengen veel voetballers hun tijd door in het krachthonk. Naast de normale training die voor voldoende uithoudingsvermogen en technische – en taktische vaardigheden zorgt, is het vergroten van de spierkracht heden ten dage ook een must. Bij bescheiden verenigingen als de FCO zie je schriele, puisterige, 18-jarige pubers in no time transformeren tot bodybuilders. Je herkent hen aan de Bokito-achtige wijze van bewegen, waarbij de stand van de armen suggereert dat er onder de oksels krentenbollen zijn verborgen. Dat doet mij plotseling denken aan een wedstrijd van OVS-zaterdag 1 ergens in de jaren ’80. Op een frisse november-middag speelden de rood-witten een competitiewedstrijd tegen het bescheiden Sportief uit Woerdense Verlaat. Eén der OVS-ers had – in de eerste helft van de wedstrijden die hij speelde – vaak een krentenbol op zak. In die tijd had je nog voetbalbroekjes met een kontzak moet u weten. De persoon in kwestie, Fred (Eu) Oostrom, had daarbij ook nog een merkwaardige loop over zich. Met ietwat gebogen rug en de boventanden ontbloot sjokte de middenvelder van zestien meter naar zestien meter. De beide armen waren lichtgebogen, alsof hij iets onder de oksels had verborgen. Achter de dug-outs stonden enkele supporters van Sportief en één van hen was opgevallen dat de Oostrom-telg een beetje vreemde lichaamshouding had. “Hé joh!”, riep de man luid over het drassige veld, toen Fred vlak langs hem liep. “Het lijkt wel of je krentenbollen onder je armen hebt.” Fred stopte accuut en draaide zich om. Met een voor hem karakteristieke grijns op het gezicht toverde hij snel het broodje tevoorschijn uit de achterzak en deed net of ie onder één van zijn oksels vandaan kwam. “Bedoel je deze?” antwoordde Eu en liet de man verbouwereerd achter.

Zelfs op het bescheiden niveau van onze club worden alle registers open getrokken om de heren zo optimaal mogelijk te laten functioneren. Bij de veteranen is de fysieke teloorgang zo evident, dat een selectie van 18 man een must is. Afgelopen zaterdag moesten de heren aantreden tegen het immer sterke WDS. De Driebruggenaren zijn niet alleen technisch vaardig, maar staan ook in duels hun mannetje. De week voor de match maakte de leiding zich toch wel zorgen over het strijdplan. Kees is tegenwoordig slechts goed voor 20 minuten. De ware oorzaak voor zijn lichamelijke ongemakken zijn tot nu toe een raadsel. Marco zit met zijn gedachten al bij 20-jarige skateboardsters, terwijl André een weekend vrij heeft genomen. John is al weken in de war. De kleine Johnny volgt sinds de zomermaanden een cursus wandelvoetbal (beide knieën kan hij niet meer buigen) en komt daardoor tijdens de wedstrijd niet meer uit de middencirkel. Cees heeft erg medelijden met de kleine Montfoortenaar en blijft dan ook angstvallig bij hem in de buurt. Harry en Harold willen deze taak niet op de schouders van den Butter alleen laten rusten en zijn dan ook solidair.

Simon is een heel ander verhaal. Hij mag niet meer alleen van huis. De frivole Linschotenaar gaat de laatste tijd te veel om de notoire horecabezoekers uit het team en mag daarom niet meer zonder zijn vrouw op pad. Afspraak is dat hij de gehele wedstrijd bij de zijlijn blijft om er voor de zorgen dat zijn eega hem niet uit het oog verliest. Edwin heeft om de week oppasdienst – het vaderschap gaat tegenwoordig niet over rozen – en heeft daarom permanent zijn telefoon in de rechterhand om zich ervan te vergewissen dat thuis alles oke is. Ach, beste lezers. Moet ik nog doorgaan? U weet dat de leiding der veteranen niet te benijden is (vrij naar een uitspraak van Ruud Gullit, die enige tijd trainer van Feyenoord was) en is daarom altijd op zoek naar een manier om de oudjes optimaal te laten functioneren. De laatste tijd is er echter een groot probleem bij gekomen. Pieter – hij gaat elke pot voorop in de strijd zoals u weet – ergert zich de laatste tijd enorm aan de flegmatiek van Jan. Volgens de v.d. Windt-nazaat maakt de ICT-er zich er wekelijks met een Jantje van Leiden af en is de maat vol. Ook zou de hautaine attitude van Eijkelestam hem enorm ergeren. Een paar dagen geleden stapte Pieter op hoge poten naar de leiding en eiste maatregelen. Jaap overwoog een korte cursus blokfluit. Ook kwam het idee ter sprake, de voor OVS-ers bekende buikdanseres Aysa op te bellen en haar te vragen Jan tot meer actie te dwingen. Ik schudde mismoedig het hoofd. Dit had een veel diepere, psychologische oorzaak! U moet weten dat uw schrijver op de 1e etage van zijn doorzonwoning een enorme collectie boeken heeft staan van de belangrijkste 19 – en 20ste eeuwse psychologen. De bovenste plank is daarbij geheel bezet door het complete werk van Sigmund Freud. De neuroloog/psycholoog is de grondlegger van de psychoanalyse. Veel problemen die mensen in hun volwassenheid tegen komen, zijn het gevolg van een verstoring van de psychologische ontwikkeling in de (prille) jeugd. De bekende fases die Freud beschrijft in zijn werk zijn: de orale fase, de anale fase, de fallische fase, de latentiefase en de genetische fase. Het gaat te ver om hier uit de doeken te doen wat de theorie achter deze fases is. Zeker is echter – ik ben een fervent aanhanger van deze theorie – dat de voornoemde fases leiden tot de zgn. Verdringingsthese. Deze stelling is de hoeksteen van de psychoanalyse. Ik besloot er een nachtje over te slapen. De volgende dag kwam ik er tot mijn schrik achter dat deze theorie toch wel erg dichtbij mij kwam… Terug op de 1e etage viel mijn oog op een naslagwerk van Carl Gustav Jung. Deze psycholoog is o.a. bekend geworden door zijn ideeën over dwangneuroses. Erg interessant natuurlijk, maar de kern van het probleem was het niet. Al bladerend vond ik plots een hoofdstuk over perceptie. Perceptie is het geheel (via alle zintuigen) van waarnemen. Onbewust filteren onze hersenen deze observaties. Zo krijg je een subjectieve waarneming, die een heel andere kan zijn als degene die samen met jou iets waarneemt. Je ervaart de wereld om je heen dus niet zoals die werkelijk is, maar alleen zoals je die onbewust hebt meegemaakt. Het bijzondere is nu dat de mens deze waarneming weer naar buiten projecteert via verbale – en nonverbale communicatie.

Ik sloeg het ietwat muffig ruikende boek dicht en liep de trap af richting keuken. Daar aangekomen besloot uw correspondent een bakkie thee te zetten. De keuze viel dit keer op een Darjeeling 2007. Volgens thee-sommelier Tesink – hij breidde onlangs zijn zaak uit met een thee-ervaringswinkel – scheen deze mélange een goede uitwerking op het waarnemingsvermogen te hebben. Na één slok begon het al te dagen. Als we Jan en Pieter er nou eens van zouden kunnen overtuigen van het feit dat zij beiden hun eigen waarheid hadden en dat dit alles te maken had met perceptie, dan zouden we uit de impasse moeten komen. Met een kort mailtje bracht ik Jaap op de hoogte van dit alles. Kort erna schreef hij terug, dat hij de theorie totale onzin vond. Hij zag het heel anders.
Vrijdagavond voor de wedstrijd besloot de leiding om even de zinnen te gaan verzetten en toog naar Gouda om een bezoekje te brengen aan de plaatselijke schouwburg. Aldaar aanschouwden wij een voorstelling van de groep Mulder and sons. Een vader met twee zonen, die Nederlandstalige chansons ten gehore brachten ondersteund door piano, drums en o.a. saxofoon. De Klezmermuziek die zij speelden wordt ook wel aangeduid als Joodse bruiloftmuziek. De oorsprong zou liggen in het vroeger Oost-Europa, waar veel Joden hun domicilie hadden. Als voorafje aten we een voortreffelijke Turkse pizza met kip en kalf. De show was nu niet direct onze kop thee, maar het was toch wel prettig om wat afleiding te hebben voordat de voorbereiding op de wedstrijd tegen WDS zou gaan beginnen.
Zaterdag was het prachtig weer. Het zonnetje scheen uitbundig en reeds om twaalf uur was één der coaches al op het complex aanwezig om te gaan kijken naar FCO 2. Zij moesten aantreden tegen CVC Reeuwijk 2. Al rap na het aanvangssignaal nam een bevallige dame plaats aan één van de pick-nicktafels. U begrijpt dat er van de wedstrijd niet veel werd waargenomen. Er ontstond een geanimeerd gesprek, doch deze werd ruw verstoord door ene Gerard, ook wel bekend als Gerat. Kort erna kwam Jaap polshoogte nemen en dat was voor de dame het signaal om wat dichterbij te komen en op gedempte toon verder te praten. De coach was zichtbaar in zijn sas, maar toen Kees er ook nog bij kwam zitten was het echter uit met de pret. De beide coaches stonden op en trommelden terstond de manschappen bijeen. Op de parkeerplaats gekomen misten we nog een tweetal spelers. Na een korte wachtpauze kon Jan zijn zenuwen niet meer de baas en beende opgewonden weer terug naar de kantine. Op het terras zaten Kees en Harry op hun gemak nog aan de koffie. Zij waren in gesprek met de charmante dame, die even ervoor nog het hart van één der coaches verwarmde. Boos trok Jan de wulpse veteranen mee naar het groene dijkje. Zwijgend vinkte de GGL de namen van de heren af.

In Driebruggen aangekomen werden we zoals altijd hartelijk verwelkomd door Gert Jan en zijn mannen. Ook de goedlachse scheidsrechter Paul Kasius was weer van de partij en op doel stond als vanouds Herman Schouten. De laatstgenoemde zou slechts éénmaal de bal uit het net hoeven te halen. Na het eerste fluitsignaal verkeek Gert zich al direct op een zacht schuivertje en de 1-0 was een feit. Pieter keek al direct verwijtend naar laatste man Jan. “Wat verdedigt ie weer slap!”, zag je hem denken. Enkele minuten later stond er al 2-0 op het scoreboard. Pieter ontplofte: “Doe eens wat Jan!” Jan boog deemoedig het hoofd. “Zag ik het nou zo verkeerd?” Afijn de FCO-veteranen waren helemaal van slag en WDS liep frivool uit naar een 5-0 ruststand. Ondertussen waren de gemoederen al flink verhit. Op weg naar kleedkamer 6 kreeg Jan en passant de schuld van alle doelpunten. Hij was het daar uiteraard niet mee eens. Hem trof geen enkele blaam liet hij stoïcijns weten. Wel wees hij met priemende wijsvinger richting leiding. Daar lag volgens hem wederom de oorzaak van zoveel onkunde. Het was een schande dat niet was begonnen met het sterkste elftal. Zo kon hij de kar toch niet trekken, liet hij Jaap weten. De wisselspelers – 6 in getal – knikten als brave Hendrikjes. Ja, hoe kon de GGL zo dom zijn las je in hun ogen. De spelers die konden gaan douchen pikten dít weer niet en het was maar goed dat Paul Kasius ons maande weer richting kunstgras te gaan, anders had er wel eens bloed kunnen vloeien. Aanvoerder Gert Jan van de zwart-witten vond de stand 5-0 voldoende en vroeg aan coach Ron Kastelein om 5 wissels. Hij haalde de beste spelers eruit. Wat een groots gebaar! Vol vertrouwen ging Jaap een broodje frikadel met mayo halen. De tweede helft was echter nog niet begonnen of we constateerden dat er slechts 10 op het veld stonden. Uw schrijver brak zijn cornervlag zowat in tweeën van boosheid. Wat was het geval. Pieter had tegen de wens van de leiding toch op de bank plaats genomen. Tegen zijn medespelers had hij te verstaan gegeven dat hij niet meer met Jan samen wilde voetballen. Blijkbaar had hij een flinke waas voor de ogen, want ook Jan was uit nijd in de dug-out gaan zitten en had dit niet in de gaten. Afijn, WDS gaf het woord piëteit een nieuwe glanslaag en stond ons een tegengoal toe. Maker Kees rende direct richting bank en omhelsde Jan uitbundig. Deze sprint was hem echter te veel en de goedlachse v.d. Stok vroeg direct om een wissel. We schrijven de 57e minuut. Jan rende het veld weer in. Hij wilde maar wat graag de renaissance van zijn team meemaken. Na 90 minuten stond er 5-1 op het bord. Gert zakte door de knieën en hief beide handen ter hemel. “Winst!”, schreeuwde hij. “In de tweede helft.” Pieter beende kwaad richting clubhuis. Zoveel domheid kon hij niet verdragen. Waren ze nou allemaal blind? De GGL was inmiddels al een tijdje in de Zen-modus en omarmde de verongelijkte speler. “Ach jongen.”, sprak hij zalvend. “Het is allemaal perceptie.” “Morgen kijk je er waarschijnlijk weer heel anders tegen aan.”

Na een paar biertjes op het WDS-terras waren de gemoederen weer een beetje gesust. Martin had blijkbaar al flink wat spraakwater op, want de CEO had al snel het hoogste woord. “Je moet meer seks in je stukjes verwerken Manus.”, lachte hij. “Dan gaan onze vrouwen het ook lezen.” In de loop van de avond kreeg ik een heel andere kijk op alle gebeurtenissen van de dag. Ik denk niet dat het met Jung te maken heeft gehad. Eerder Bachus.