Ons land heeft een rijke traditie in de wielersport. Jan Janssen (de eerste Tourwinnaar), Joop Zoetemelk (“Parijs is nog ver weg!”), Gerrie Knetemann, Jan Raas, Steven Rooks, Gert-Jan Theunisse, zijn namen die de ouderen onder ons nog goed kunnen herinneren. Ook in de naoorlogse jaren ‘50 stond Nederland reeds op de wielerkaart. Wim van Est is daar een belangrijk exponent van. Ooit reed de man in een ravijn, terwijl hij op dat moment – juli ’51 – de gele trui om zijn pezige torso droeg. Zeventig meter lager werd zijn val gebroken door een struik en schreef daarmee geschiedenis in de Tourannalen. Reclamemakers zagen er direct brood in en de volgend dag stond in alle vaderlandse kranten een grote advertentie van het dan erg bekende horlogemerk Pontiac. Een foto van een zwaar gehavende van Est werd begeleid door de tekst: “Mijn hart stond even stil, maar mijn Pontiac liep nog!”

Afgelopen zaterdag werd in Oudewater de Wielerronde gereden. Traditiegetrouw mogen de renners zich dan omkleden en verfrissen in de voetbal-accommodatie. Zo ook afgelopen zaterdag. Onder andere oud-prof Gert Jakobs maakte zijn opwachting en liet zijn kale kop even zien in de vernieuwde FC-kantine. De flamboyante renner moet een bekende voetbalveteraan van de FC Oudewater hebben geïnspireerd, want nadat de Ronde van Oudewater reeds uren was afgelopen, ontwaarde een andere voetbalveteraan hem op het verlaten parcours. Vaste klanten van ons aller Tante Pietje zagen rond middernacht een ietwat onvast trappende vijftiger met blote voeten diverse malen het Arminiusplein passeren. De man, een inwoner van het naburige veendorp Linschoten, werd door zijn ploeggenoot staande gehouden. Op de vraag wat hij aan het doen was, moest de ongelukkige fietser het antwoord schuldig blijven.

Nadat hij een borrel kreeg aangeboden door kroegbazin Tineke, kwam hij weer tot zijn positieven. Hij vertelde dat hij zijn slippers kwijt was geraakt in kleedkamer 7 en op zoek was gegaan naar degene die per abuis zijn schoeisel had meegenomen. Na de bekerwedstrijd tegen het altijd lastige Zwaluwen uit Vlaardingen (uitslag 2-2) had het elftal nog even flink nagetafeld bij de FC en dit moet tot de vergissing hebben geleid. Ver na zevenen ’s avonds had hij ontredderd het clubhuis verlaten en kwam op het groene dijkje makker Kees v.d. Stok tegen. Deze was op weg naar Tante Pietje en vertelde de veteraan op blote voeten dat hij hem graag wilde helpen. “Maar”, zo zei de v.d Stoktelg, “eerst drinken we er nog ééntje bij de wielerronde.” Zo gezegd zo gedaan. Ver na twaalven herinnerde de Linschotenaar de queeste naar zijn slippers en zonder een woord van afscheid te hebben gebezigd, was hij op zijn fiets gestapt en zijn zoektocht gaan vervolgen. Uiteindelijk heeft Kees de vrouw van de ongelukkige maar gebeld en voorzichtig het verhaal uit de doeken gedaan. U kunt zich voorstellen dat onze “son of a gun” op blote voeten thuis heel wat uit te leggen had.

Vele uren daarvoor hadden hij en zijn ploeggenoten op veld twee een zekere winst in laatste minuut verspeeld. Na een 0-1 achterstand had Cees den Butter via een pegel van grote afstand de gelijkmaker op het scorebord gebracht en de ingevallen Harold van Aart van dichtbij de 2-1 binnen geschoten. De laatste 15 minuten waren een ware kwelling voor de FC-vets en er werd zo vaak gewisseld, dat Jaap er regelmatig meer dan 11 liet acteren. Gelukkig hield compaan Manus er zijn koppie bij en wees enkele malen vilein op de malversaties. De scheids, Ron Stalvord, gaf ons na de wedstrijd (ongevraagd) een Cruijffiaanse uitleg over wat wij allemaal fout hadden gedaan. Dit moet onze dolende fietser al zo hebben verward dat hij de ene kan na de andere boven is gaan halen. De rest van het verhaal is u nu bekend.
Volgende week spelen we uit tegen IJVV-De Zwerver uit IJsselmonde om 14.15 uur en vertrekken om 13.00 uur. Dit om Jaap en uw scribent voldoende tijd te geven het complex aldaar op tijd te bezoeken.

McManus